Jeugdherinneringen van Willemina Muller een Oosterhuizens deentjen van het Oude Veen. Geboren op 4 juni 1889, overleden in 1983
Onderstaand verhaal verscheen begin 1983 in het Klaverblad. Omdat het zo'n mooi beeld geeft van het leven begin 1900 in Oosterhuizen plaats ik het op deze site, het is een knipsel uit de map van mijn vader W Hartgers.
Dat ook bejaarde mensen de artikeltjes in "Het Klaverblad" lezen en zich er in verdiepen moge blijken uit het volgende gesprek in verpleeghuis Randerode.
Hier woont mevrouw Hartgers-Muller, bijna 94 jaar oud en in de vorige eeuw te Oosterhuizen geboren. Ze was bereid om nog eens wat uit haar jonge jaren te vertellen. Haar herinneringsvermogen was nog goed in orde en ze vond het best leuk om enkele oude herinneringen voor het voetlicht te halen. Daarom werden we uitgenodigd. Hoogstens ietwat hardhorend en niet zo vlot meer ter been. Maar geestelijk nog prima en dat is toch wel een enorm voorrecht.
Ze bevond zich in gezelschap van een vriendin, die een jaar of drie jonger was en twee broers uit Beekbergen en Lieren.
Mevrouw Hartgers-Muller werd in Oosterhuizen geboren op 4 juni 1889 als dochter van Willem Muller en Reintje Boks. Men kent haar in de familiekring en onder bekenden beter onder de naam "tante Mina of Willemina". Ze had drie broers en één zuster. Dat waren Reinder Teunis, Willem, Jan en Johanna. Helaas zijn Willem en Johanna reeds overleden. Op foto 2 zien we Willemina met haar broers Reinder en Jan.
Vader Willem geboren in 1835, overleed in 1891 op 56 jarige leeftijd. Hij was landbouwer aan een weg die nu Het Oude Veen heet. Toen vader overleed was Willemina pas 2 jaar oud en daarom kan ze zich haar vader niet meer herinneren. Maar zoveel te beter haar moeder, die in 1848 ook te Oosterhuizen geboren was en in 1935 in het dorp Beekbergen overleed. Haar "tweede vader" was Jacobus Schuilenburg, die in 1893 de boerderij voortzette op 28 jarige leeftijd.
Willemina werkte aanvankelijk op de ouderlijke boerderij en dat was beslist niet het lichtste werk. Behalve in het huishouden moest ze allerlei boerenwerk doen, ook in het veld. Het leven was niet ongezellig zei ze. Maar wel erg hard. Eigenlijk nooit klaar, veel vrije tijd had ze dus niet.
Het Haselt en de Kattenkuule.
We informeerden naar namen van de bouwlandakker, waar ze vroeger gewerkt had. Aardappels rooien, rogge binden, knollen plukken en zo meer. Prompt noemde ze Het Haselt en de Kattenkuule.
Erg oude namen, die we ook op vroegere kaarten en in oude akten kunnen lezen. Wat Het Haselt betreft was dat aanvankelijk een complex akkers tussen Molenberg en spoorlijn. De landweg die er vanuit Lieren naar toe liep heette toen de Lierdersteeg.
Deze naam is nu geheel verdwenen, Het Haselt is echter gebleven en thans de officiële naam van deze landweg. Met de Kattenkuule blijkt het wat ingewikkelder te zijn. Vandaag de dag is dat slechts een kort stukje landweg tussen Molenberg en Achterste Kerkweg. Volgens oude landkaarten liep de Kattenkuule vroeger verder door de landerijen tot aan de Wittekruisweg toe. Of tot aan de Ruggeweg. Op bijgaand kaartje, foto 3, is dat nog duidelijk te zien. Door de ruilverkaveling werd dat allemaal veranderd. Zelfs kan het zijn dat de Kattenkuule al bij de Kalverwei begon en over de enkhelling liep tot aan de Molenberg toe en dan verder zoals hiervoor is beschreven.
Wat die Kattenkuule betreft had Mevrouw Hartgers-Muller het maar over de boerderij van haar oom Teunis Muller en ze noemde deze ook Kattenkuule. Vermoedelijk sloeg de naam op een uitgebreid aantal akkers. Dat zullen wel laaggelegen percelen zijn geweest, de naam "kuule" duidt daarop. Maar waar nu al die katten hebben gezeten is ons nog steeds erg duister. In oude papieren vonden we de naam ook terug maar waar ze nu precies gelegen hebben konden we tot op heden niet nagaan.
Sommigen menen, dat de boerderij van Johannes Groeneveld Johan Albertuszoon, Boswaarder, ook in of bij de Kattenkuule lag. Hoe het ook zij het blijft onduidelijk. Behalve oom Teunis was er nog een Gerrit-oom die ook een boerderij bezat dicht in de buurt van haar ouderlijke woning. Ze noemde hem Gerrit van Koosjemeuje. Er waren twee zoons Reinder en Michiel. De familie werkte nogal veel samen maar dat was vanouds al gewoonte. Er bestonden in die dagen nog burenplichten doe zoveel mogelijk gehandhaafd werden, men was immers op elkander aangewezen. Familie of geen familie.
Woning aan de dorpsstraat.
Vele jaren later gingen vader en moeder, foto 4, aan de dorpsstraat wonen in het huis van Manus Schuring. Dat stond vlak naast de naaischool (momenteel het zuivelbedrijf van Hofman) . Ze verkochten de boerderij in Oosterhuizen. Deze hoeve, hoewel wat verbouwd, staat er nu nog tegenover de school. Daar er in Oosterhuizen nog geen school was (deze kwam omstreeks 1902) moesten de kinderen naar de dorpsschool voor lager onderwijs. Dat was een hele tippel, maar ze vonden dat maar heel gewoon en trotseerden weer en wind en beleefden onderweg vaak van alles en nog wat. Willemina kreeg les van meester Nieuwenhuis, van der Horst en van de Kamp. Laatstgenoemde begeleidde hun zang met zijn viool. Meester Nieuwenhuis daarentegen kende geen noot, wel een goede meester maar een streng heerschap. Voor het godsdienstonderwijs behoefden ze niet ver van huis te gaan. Meester Imanse uit Klarenbeek kwam les geven bij een van de leerlingen aan huis en de andere kinderen kwamen daar dan ook naar toe. Later gebeurde dat in de school. Het ging er allemaal heel gemoedelijk toe. Willemien bewaart nog steeds aangename herinneringen aan haar school en catechisatietijd.
Veel gingen ze niet op reis, een hoogst enkele keer naar Arnhem. Soms moest dat ter voet gebeuren, soms per marktwagen. Van vader Willem wist ze nog, dat deze eens een joekel van een spiegel had gekocht in de Gelderse hoofdstad. Hij droeg dat zware stuk glas op de nek naar Oosterhuizen, een afstand van zo'n 30 kilometer. Jaja, we waren vroeger voor geen kleintje vervaard. Moeder Reintje vertelde dit altijd met een zekere trots.
Tot zover het artikel uit het Klaverblad.
Willemina en haar zus Johanna trouwden met de broers Anton, roepnaam Toon, en Gerrit Hartgers.
Gerrit en Johanna gingen wonen op Molenberg 1. (mijn grootouders)
Willemina en Toon begonnen een bakkerij in Ugchelen aan de toenmalige Koudhoornlaan 10, werd na de oorlog G P Duuringlaan. De bakkerij werd uitgebreid met een kruidenierswinkel en kreeg ruime bekendheid in Ugchelen.
Willy Rouwenhorst-❤gers